Aanpak
Het eerste doel was Proximus te helpen bij het kiezen van de beste databank voor Scope 3-emissiefactoren. Hiervoor maakte Möbius een duidelijke vergelijking tussen verschillende aanbieders. Elk van hen werd gecontroleerd op belangrijke punten zoals hoe vaak ze hun gegevens updaten, hoe gedetailleerd de gegevens zijn en hoe ze de emissies berekenen.
Een cruciaal aspect hierbij was de beschikbaarheid van leverancierspecifieke emissiefactoren. Hoewel de meeste leveranciers alleen emissiefactoren leveren op het niveau van industriecategorieën (zoals NACE- of GICS-classificaties), leveren anderen deze ook specifiek op leveranciersniveau. Een controle van de dekking toonde aan dat veel van de leveranciers van Proximus in deze gedetailleerde databases waren opgenomen. Dit betekent dat het gebruik van deze specifiekere gegevens tot nauwkeurigere resultaten kan leiden.

Nadat de nieuwe dataleverancier was gekozen, werd een gestructureerde en duurzame codebase ontwikkeld in Databricks, die gemakkelijk toegang gaf tot de nodige databases met de emissiefactoren van de leveranciers. De aanpak van Möbius bestond uit 4 stappen:
1. Identificatiemechanisme voor leveranciers
De leveranciersgegevens van het aankoopteam van Proximus kwamen niet altijd overeen met de namen of codes die gebruikt werden in de emissiedatabase. Daarom creëerde Möbius een geautomatiseerde tool om de punten met elkaar te verbinden. Het matchte leveranciers aan de hand van btw-nummers of AI-gebaseerde matching (op basis van naam, land en andere details). We bouwden ook een controle om deze matches te bekijken en aan te passen, vooral voor de grootste leveranciers.
2. Emissiefactor op leveranciersniveau verzamelen
Zodra we de leveranciers hadden gematcht, was de volgende stap het ophalen van de werkelijke emissiefactoren. In Databricks schreven we code om deze gegevens te verzamelen op zowel het 'Child' (de lokale entiteit) als het 'Parent' (bedrijf) niveau. Aangezien emissies kunnen verschillen tussen een lokaal filiaal en het moederbedrijf, was het belangrijk om beide te hebben.
3. Emissiefactor op bedrijfstakniveau verzamelen
Sommige kleinere leveranciers rapporteren hun emissies niet. Voor hen hadden we een andere manier nodig. Dus gebruikten we hun NACE-codes (een Europese industrieclassificatie) om erachter te komen in wat voor soort bedrijf ze actief zijn. Vervolgens vertaalden we dat naar GICS-codes (een andere industriestandaard) om gemiddelde emissiegegevens voor die bedrijfstak te krijgen. Dit gaf ons een redelijke schatting voor leveranciers zonder specifieke gegevens.
4. Besluitvorming & logica
We hebben regels opgesteld zodat het systeem altijd de meest gedetailleerde en nauwkeurige gegevens kiest die beschikbaar zijn, of dat nu van het moederbedrijf, de lokale leverancier of het gemiddelde van de bedrijfstak is. Dit betekent dat de uitstoot van elke leverancier wordt berekend op basis van de best mogelijke informatie.
Een uitdaging is de timing: bedrijven rapporteren vaak de uitstoot van vorig jaar in de rapporten van dit jaar, en branchegemiddelden kunnen zelfs nog verder achterlopen. Om dit op te lossen, heeft Möbius een mechanisme ontwikkeld dat de nodige correcties voor inflatie aanbrengt, gebaseerd op de laatst beschikbare informatie voor emissiefactoren op bedrijfs- en industrieniveau.
Resultaten
Om alles zo gebruiksvriendelijk mogelijk te maken, werden alle eindberekeningen en emissierapporten aangeleverd in een goed gestructureerd Excel-bestand. Dit bestand was niet alleen bedoeld om de resultaten te bekijken, het stelde Proximus ook in staat om de beslissingslogica manueel aan te passen indien nodig. Elke wijziging die hier werd aangebracht, had een onmiddellijk effect op de berekeningen, wat volledige controle en transparantie gaf over de resultaten.
Het Excel-bestand gaf een volledige uitsplitsing van de CO₂-uitstoot per leverancier, waarbij gebruik werd gemaakt van de meest nauwkeurige emissiefactoren die beschikbaar zijn - zowel op basis van specifieke leveranciersgegevens als op basis van sectorgemiddelden. Dankzij deze gedetailleerde output heeft Proximus nu een veel duidelijker zicht op hoe zijn uitgaven zich verhouden tot de koolstofuitstoot en hoe elke leverancier bijdraagt tot zijn totale voetafdruk.
Dit was geen eenmalige oefening. Met de Möbius-benadering kan het hele proces gemakkelijk jaar na jaar herhaald worden. Deze berekening helpt Proximus niet alleen bij het bepalen van de doelstellingen op basis van de baseline en SBTi, maar ook bij het opvolgen van de toekomstige prestaties op het gebied van emissiereductie en duurzaamheid.
Möbius speelde een cruciale rol in deze realisatie door Proximus te begeleiden doorheen de technische complexiteit en door een flexibele oplossing te bouwen die hen nog jaren zal ondersteunen.