Cultuurverandering en prestatieverbetering bij Brocacef

De strategische uitdaging 

Hoewel Brocacef reeds beschikte over een Performance Management Systeem (PPS), ondervond men structurele operationele uitdagingen. Uit het Medewerkers Betrokkenheid Onderzoek bleek bovendien dat er op het gebied van cultuur en gedrag aanzienlijke verbeteringen mogelijk waren. De organisatie had behoefte aan meer grip op prestaties, betere samenwerking tussen afdelingen en een cultuur waarin eigenaarschap, veiligheid en continue verbetering centraal staan.

Onze aanpak

Möbius werd gevraagd om Brocacef te ondersteunen bij het realiseren van een cultuurverandering en het versterken van het prestatiemanagement. De aanpak bestond uit vijf geïntegreerde pijlers: 

1. Start-up en gedragsanalyse

Via interviews en workshops werd het huidige gedrag in kaart gebracht en het gewenste gedrag gedefinieerd. Dit vormde de basis voor het ontwerp van prestatiemanagement. 

2. Training en bewustwording 

Management en teamleiders volgden onze lean-trainingen, inclusief het Möbius lean-simulatiespel, om een gedeeld begrip van Lean Management te creëren en bewustwording te krijgen rond het belang van gedrag en cultuur. 

3. Performance Management structuur

Er is een overlegcyclus ingericht, die elke laag in de organisatie op elkaar aansluit. Elk overleg wordt ondersteund door visueel management en hulpmiddelen die het gewenste gedrag bevorderen. Deze aanpak draagt bij aan transparantie, stimuleert eigenaarschap, maakt snelle escalatie van knelpunten mogelijk en zorgt voor heldere communicatie richting de werkvloer.  

4. Leadership Visibility en Gemba

Leiders werden actief betrokken op de werkvloer via gestructureerde Gemba-walks en procesconfirmaties. Dit verhoogde hun zichtbaarheid en versterkte de verbinding met de operatie. Ook heeft dit ertoe bijgedragen dat standaarden gehaald werden. 

5. Coaching en borging

Door intensieve coaching op de werkvloer en in de ‘obeya ruimte’, werd het nieuwe gedrag verankerd. De routines zijn zo ontworpen dat ze duurzaam zijn en zelfstandig kunnen worden voortgezet. We hanteerden daarbij het principe van ‘voordoen – samen doen – zelf doen’.